Selecteer een pagina

Hellinger en het verbindende veld

Het werken met familie opstellingen is ontwikkeld door de Duitse psychotherapeut Bert Hellinger.

Hij heeft zijn methode ontwikkeld vanuit empirisch waargenomen fenomenen.
‘Dit is wat ik tegenkwam’, zegt hij in zijn boek De verborgen dynamiek van familiebanden.

Het systemisch werken gaat over leren luisteren naar de eigen ziel, naar de beweging van de ziel en de plaats in het grote geheel (het ‘veld’).

Met ‘systemisch’ bedoelen we de invloed van het grote geheel (het systeem) op het individu, op het functioneren en welbevinden van het individu.

Systemisch werken, systemisch coachen is een begeleidende werkvorm waarbij representanten of symbolen voor familieleden (het kan ook over organisaties gaan) door de cliënt worden opgesteld in de ruimte, op een bepaalde plaats met het gezicht in een bepaalde richting, vanuit de situatie zoals die nu is.
Hierdoor worden dynamieken, patronen, spanningen en pijnpunten zichtbaar en voelbaar.
De representanten ervaren dezelfde gevoelens en gewaarwordingen als de werkelijke personen in de realiteit.
De begeleider/coach begeleidt de bewegingen van de representanten, op aanwijzingen van de cliënt, net zo lang tot de representanten zich op de juiste, passende plek vinden staan ten opzichte van elkaar en er een diepe rust ontstaat bij de representanten en in het systeem. Dit is van grote betekenis voor de cliënt omdat hij ‘ziet’ en ervaart wat er aan de hand is en zicht krijgt op een oplossing.

Woorden zijn niet meer nodig, de zielsbeweging is belangrijk. De ziel neemt de tijd en doet zijn werk geruisloos.

Wetten van het systeem

Wij worden geboren, groeien op, leven onze eerste jaren in een familiesysteem. Het wordt steeds duidelijker hoe groot de invloed en kracht van het familiesysteem is op het identiteitsbesef en het gedrag van mensen.

Een gezin, een familie is een lotsgemeenschap. Als kind, geboren in deze gemeenschap, in dit systeem, sta je voor de opgave je ouders te nemen zoals ze zijn, te accepteren wie ze zijn en wat ze zijn, ongeacht wat ze hebben gedaan of nagelaten. Het accepteren van de ouders is essentieel in dit verband, want wanneer je als kind je ouders of een van de ouders slechts ten dele accepteert, dan loop je een groot risico dat je als volwassene precies datgenen overneemt wat je nou juist zo wilde vermijden. Wie zijn ouders, vader of moeder niet werkelijk accepteert, blijft aan hen vast zitten blijft gebonden.
Een familiesysteem beslaat meerdere generaties, in ieder geval de eigen generatie (kinderen), ouders en grootouders. De lotsverbondenheid is het sterkst tussen ouders en kinderen, tussen broers en zussen, tussen partners en ook tussen diegenen die zijn overleden of die zijn uitgesloten of uitgestoten. Dit wordt duidelijk wanneer gewerkt wordt met plek en ordening.