Selecteer een pagina

Dit is hoe je relatie met je ouders, je roots doorwerkt in jouw leven.

Beide ouders innerlijk ‘aannemen’ is essentieel voor een kind. Want je blijft altijd kind van je ouders. Als je je ouders innerlijk afwijst, installeer je het patroon dat je juist bij hen afwijst vanuit onbewuste loyaliteit bij jezelf. Ken je het prachtige liedje van Stef Bos over zijn vader, ‘Papa ik lijk steeds meer op jou’ waarin hij bezingt dat hij eigenlijk helemaal niet zo wilde worden en dat dat toch is gebeurd? Hoe meer je ouders mogen zijn wie ze zijn, hoe groter de kans dat jij niet zo wordt als zij.

Als je verantwoordelijkheid overneemt die niet van jou is, verzwak je zowel jezelf als de ander. Tijdelijk verantwoordelijkheid overnemen is geen probleem, maar uiteindelijk verlies je het, want je kunt niet oplossen wat niet van jou is. Bijvoorbeeld de onzekerheid bij je moeder na de scheiding van haar huwelijk, de neiging tot verslavingen van je vader of het niet kunnen omgaan van de bijhorende emoties door hen. Een andere wetmatigheid is dat je niet uit je systeem van herkomst kunt stappen. Als je niet erkent waar je vandaan komt, zullen de patronen uit je familiesysteem je juist extra hard achtervolgen; zelfs als je naar de andere kant van de wereld verhuist.

Vaak denken kinderen dat ze recht hebben op hetgeen waarvan ze menen dat ze tekort zijn gekomen, al was het maar een excuses. Men gaat dan eisen van je ouders. En als (volwassen) kind heb je niets te eisen. Je mag wel vragen, een mening hebben en feedback geven, maar als je ‘eist’ zeg je eigenlijk dat de ouder geen goede ouder is. De kunst is dus om je claim los te laten. In veel gevallen heb je ook (veel) ontvangen en anders is dat jouw lot. Jij moet een antwoord vinden op jouw lot. Dat geeft kracht en waardigheid.

Om wederom in je kracht te komen kunnen opstellingen daarbij behulpzaam zijn.